Dat communicatie één van de belangrijkste dingen in het leven is, hoef ik niemand uit te leggen. Dat door communicatie de Indische Verhalentafel twee korte verhalen zou krijgen was wel heel erg fijn.
Om de kas van onze stichting Nederlands-Indië wat aan te vullen besloten Guus en ik een deel van onze Indische bibliotheek via onze Facebookgroup
Nederlands-Indië gerelateerde Boeken (Pasar Buku)
te verkopen. Door de verkoop van één boekje kwam ik in gesprek (per Messenger) met Léon Algra. Léon is druk bezig met research voor zijn nieuw te schrijven boek en was bereid twee van zijn verhalen inclusief foto’s aan onze Indische Verhalentafel toe te vertrouwen.
Lees hier onder de twee verhalen van Léon Algra :
De mythe van 15 augustus & Mijn ontmoeting met Theo en Wieteke
Tilly van Coevorden, juli 2024
www.leonalgra.nl
Als zoon van een oud-KNIL militair werd me al op de basisschool verboden om over de Tweede Wereldoorlog in Zuid-Oost Azië te bespreken op straffe van dat ik gek zou wezen.
In ons geschiedenisonderwijs, maar ook vanuit de samenleving wist men indertijd weinig over die oorlog die zich daar had voltrokken.
Voor mijn hoofdonderwijzer bestond er slechts één Tweede Wereldoorlog, die van Europa. Sporadisch was er wel wat bekend over onze overheid die met man en macht probeerde oorlogsvrijwilligers te ronselen onder het mom "Indië vrij". Belangrijk was om niet de Indische bevolking te beschermen, maar was de voortzetting van de oorlog (Onafhankelijkheidsoorlog) bedoeld om te voorkomen dat Nederland haar kolonie zou verliezen.
Dat een oorlog ook écht oorlog is, werd door de overheid verzwegen. Oorlogsvrijwilligers en KNIL-militairen - waaronder mijn vader - werden een oorlog ingesleurd die niet te winnen viel, dit waren de woorden van demissionair MP Rutte op 3 september 2022 tijdens de herdenking in Roermond...
Echter in de jaren zestig was het Lou de Jong en Joop Hueting die de Indische oorlogsveteranen verantwoordelijk stelden voor excessief geweld.
Door zèlf eens op onderzoek uit te gaan waar die veelal 'vergeten oorlog' begonnen was, kwam ik door mijn Leidse Zeemanskoor "Rumor di Mare", die o.a. VOC-liederen zong en Multatuli's "Max Havelaar" en "Minnebrieven" terecht bij het allereerste begin van die WOII; ik spiegelde door toedoen van Multatuli WOII in de VOC-tijd en werd getuige waar Nederland zich aan schuldig maakte (zeevaart, handel, oorlogen, slavernij, kolonisatie) en dan op 8 december 1941 is het Nederland die Japan de oorlog verklaard, uit vrees haar kolonie aan Japan te verliezen.
Mijn vader, KNIL-militair bevond zich al in 1938 in Bandoeng, werd krijgsgevangen gemaakt, kwam terecht in Kamp Tjimahi-4, Changi en daarna tewerkgesteld aan de Birmaspoorweg en in 1946 vanuit de Gadja Merah kwam hij terecht in de strijd om Palembang en Bali.
Wat ik van mijn vader nog weet, is dat hij nogal eens sprak over dat dankzij de atoombommen hij bevrijd werd.
Echter in het boek "De Japanse bezetting in dagboeken - De Birma-Siam spoorlijn" van
Heijmans-van Bruggen wordt duidelijk dat krijgsgevangenen indertijd in spanning zaten op
15-16-17 augustus of ze daadwerkelijk bevrijd waren.
15 augustus 1945?
Op 15 augustus 1945 kort na de Amerikaanse atoombomaanvallen op Hirosjima en Nagasaki en de oorlogsverklaring door de Sovjet-Unie aan Japan kondigde Hirohito in een radiotoespraak aan het Japanse volk de Japanse overgave aan de geallieerden aan.
17 augustus 1945?
Onder druk van Pemoeda's riep Soekarno Op 17 augustus 1945 de Onafhankelijkheid van Indonesië uit, die door Nederlandse regering niet erkend werd, waardoor de Onafhankelijkheidsoorlog werd voortgezet (1945-1949).
2 september 1945?
De acte van capitulatie van Japan was echter pas op 2 september 1945, en wel op de Missouri in de Baai van Tokio.
Nationale Herdenking 15 Augustus 1945
Op de website van deze stichting staat nog altijd dat "75 jaar geleden er een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog in toenmalig Nederlands-Indië en daarmee in het hele Koninkrijk der Nederlanden. Alle slachtoffers van de oorlog tegen Japan en de Japanse bezetting van Nederlands-Indië worden op 15 augustus herdacht bij het Indisch monument in Den Haag".
Incorrect
En dat is wat dus niet klopt! Net zoals Nederland op 4/5 mei Dodenherdenking laat plaatsvinden op basis van de capitulatie van Duitsland in Hotel De Wereld in Wageningen, zou je feitelijk de datum van 2 september moeten aanhouden: op de Missouri in de Baai van Tokio vond de capitulatie van Japan pas officieel plaats.
Op het Indisch Monument in Den Haag staat wel datum en jaartal van de Nederlandse oorlogsverklaring aan Japan, maar dus niet de officiële datum en jaartal van de Tweede Wereldoorlog in Zuid-Oost Azië!
Beroerd
Zeer beroerd is het voor degenen, die pas na de Soevereiniteitsoverdracht op 27 december 1949 te Amsterdam in de jaren vijftig - Nederlandse ambtenaren, Indische Nederlanders, Molukkers, KNIL-militairen en oorlogsvrijwilligers konden terugkeren vanuit 'Ons Indië", zèlf onwetend over dat op 17 augustus 1945 feitelijk de Onafhankelijkheid van de Republik Indonesia door de Nederlandse overheid in juridische zin pas op 27.12.1949 werd bekrachtigd.
In die Onafhankelijkheidsoorlog / Bersiap zijn nog vele slachtoffers gemaakt, die dus 'buiten de boot' vallen. Zij worden officieel niet herdacht, doordat de oorlog op 15 augustus 1945 een einde zou kennen.
Schuld bekennen
Beter zou het zijn dat de overheid zelf schuld bekend door vast te stellen dat de datum van 27 december 1949, de datum is waarop de Soevereiniteitsoverdracht in Amsterdam plaatsvond, waardoor er een definitief einde kwam aan de eeuwenlange koloniale overheersing.
Vergeten verbinding
Niet alleen de mythe van 15 augustus heb ik weten te ontkrachten, maar door mijn boek "Vergeten verbinding. De Tweede Wereldoorlog in Zuid-Oost Azië" in ieder geval inzicht gekregen in deze oorlog en de rol van de overheid en ons koningshuis door de eeuwen heen. En niet onbelangrijk: ik weet nu niet gek te zijn.
Léon Algra
Auteur van "Vergeten verbinding. De Tweede Wereldoorlog in Zuid-Oost Azië"
Nu Theo Moody, de partner van Wieteke onlangs overleden is en Wieteke ernstig ziek is, gaan mijn herinneringen ver terug in de tijd.
Ik weet als jongetje van een jaar of vijf/zes dat mijn vader me meenam naar de Pasar Malams alwaar hij Wieteke van Dort ontmoette. Ik kwam met hem in de Houtrusthallen en weet nog dat hij me ergens opzij van een podium neerzette, omringd door liefdevolle, zorgzame, mooi geklede Indische dames die zich over mij ontfermde. Ik rook er heerlijke geuren, genoot van de kleuren, de dans en muziek, at er de lekkerste dingen en waande me in het paradijs.
Voor mijn vader, oud-KNIL militair moet dat ook zo gevoeld hebben. Over de tijd van 1938-1950 dat hij in Nederlands-Indië sprak hij nauwelijks, maar wanneer ik hem vroeg wat voor land Nederlands-Indië was, zei hij me "het was een mooi land".
Dat moet welhaast zo zijn, want al dansend met Wieteke op 'Nina Bobo', 'Terang Bulan' en andere krontjong melodieën, danste hij op weg naar zijn eigen paradijs, zijn moederland.
Mijn vader was sterk getraumatiseerd door de oorlog - de oorlog hield hem gevangen in zijn hoofd - maar wanneer hij vertoefde in de Indische en Molukse gemeenschap en zelfs kon dansen met Wieteke begreep en voelde ik ook hoe mooi Nederlands-Indië geweest moest zijn. Wieteke bracht hem weer even terug in zijn moederland.
Dat Nederlands-Indië voor hem symbool stond voor zijn moederland had te maken met het feit dat zowel zijn vader als moeder op jonge leeftijd overleden, hij in een weeshuis terechtkwam en op jonge leeftijd tekende voor het Indisch Leger en vertrok naar Nederlands-Indië, onwetend wat het voor hem in petto zou hebben.
Na zijn gedwongen terugkeer naar Nederland in 1950 voelde hij zich als Nederlander ongewenst, hield hij zich stil daar men in Nederland geen tijd hadden tijdens de wederopbouw na WOII voor zijn verhalen.
Bovendien waren Lou de Jong en Joop Hueting degenen die slechts negatief over de Indische oorlogsveteranen spraken, hetgeen hem bevreemdend daar hij voor 'orde, recht en veiligheid' zijn beste krachten gegeven had voor zijn vaderland.
Wat mijzelf overkwam, was dat het hoofd van mijn katholieke basisschool in Veldhoven me verbood om over WOII in Zuid-Oost Azië te spreken en me zelfs voor gek verklaarde.
Zoals ik al zei, introduceerde mijn vader me in zijn Indische en Molukse wereld in alle toonaarden en zorgde er zelfs voor dat ik zijn vriend Wim Kan ontmoette en mee ging protesteren toen Keizer Hirohito de koninklijke familie met een bezoek vereerde.
In mijn levensloop sloot ik tot aan de coronapandemie af om over mijn ouders, vooral mijn vader en WOII in Zuid-Oost Azië te spreken uit angst misschien toch gezien te worden als wereldvreemd of zelfs gek.
Gedurende de coronapandemie besloot ik iedere dag een gedicht te gaan schrijven. Ik had het idee dit te doen als tijdverdrijf. Echter spoedig schreef ik duizenden gedichten over de corona-tijd, maar ook over mijn vader en Nederlands-Indië. Een oud Indisch klasgenootje moedigde me aan om de tijd dat mijn vader in Nederlands-Indië had doorgebracht in gedichten te vangen. Zij zou er Indische kunstwerken bij plaatsen en zo ontstond "Melati Putih, over leven".
Ik dacht dat zodra de coronapandemie afgelopen zou zijn, het dichten vanzelf zou stoppen. Niets was minder waar.
Op een vrijwel natuurlijke wijze ontstond "Gordel van Smaragd", een soort levensreis naar Indonesië, maar van achter naar voren lezend word je getuige van ons koloniale verleden en kom je zelfs mijn peetoom, SVD-priester nog tegen die in 1938 Soekarno in ballingschap op Ende / Flores ontmoette en met hem bevriend raakte.
Toen ik een ordner vol gedichten had, zocht ik contact met Wieteke van Dort of zij de dichtbundel in wording taalkundig zou kunnen corrigeren. We maakten een afspraak. Ik reed naar Den Haag, kocht nog spekkoek en belde uiteindelijk aan bij Wieteke en Theo. Ruim 50 jaar geleden was het dat ik haar gezien had, maar dan dansend met mijn vader.
Beiden hadden zich in de tijd vergist, moesten nog even naar een gezondheidsstherapeut, maar lieten me plaats nemen in hun huis. Ik werd allerhartelijkst ontvangen en na terugkomst maakte Wieteke thee, aten we spekkoek en nam Wieteke mijn gedichten zeer serieus door. Theo werd nieuwsgierig en vroeg me hoe ik zo sterk aan het dichten was geslagen. Ik vertelde me over de coronapandemie, maar zei hem eerlijk me wel zorgen te maken over het dichten daar er wel 8 gedichten op een dag ontstaan.
Hij vroeg me op zijn beurt of ik op jonge leeftijd therapeutische hulp had gehad voor de trauma's die van mijn vader op mij waren overgegaan. Ik zei hem dat dit niet het geval was, maar dat het schrijven van gedichten verhelderend en helend werkte.
Ik twijfelde wel of ik misschien toch gek geworden was; hij lachte en schudde zijn hoofd. "Nee Léon, blijf schrijven. Voor jou een manier om je trauma's te verwerken".
Wieteke vulde nog aan dat Theo haar partner, maar ook haar therapeut was om een en ander een plek te kunnen geven en te verwerken.
Voor haar is zingen, maar voor mij dichten, schrijven en zingen een uitlaatklep.
Bij het weggaan zeiden ze me nog "jouw vader is een engel geworden en kijkt voldaan naar wat je thans doet".
We namen afscheid en in juni 2023 werd "Gordel van Smaragd" ter wereld gebracht, ter nagedachtenis aan mijn vader.
Afgelopen week bood ik Kolonel Gerard van Kuijck van het Koninklijk tehuis voor oud-militairen en van het Museum Bronbeek "Vergeten verbinding. De Tweede Wereldoorlog in Zuid-Oost Azië" aan, het gevoel hebbend niet langer gek te wezen.
Ook met hen deel ik een wereld, blijft Theo mijn stimulans om te blijven schrijven voor de rest van mijn leven.
Ik hoop dat ik binnenkort gedichten over Wieteke en Theo in mijn dichtbundel "Schakels van Smaragd" te kunnen toevoegen resp. te kunnen uitbrengen, en mijn leven een dansfeest blijft temidden van mijn vrouw, familie, vrienden en kennissen.
Léon Algra
COPYRIGHT
Deze website is het geestelijk eigendom van
de Stichting Nederlands-Indië.
De inhoud van deze website mag niet gereproduceerd of gekopieerd worden, zonder de schriftelijke toestemming van de Stichting Nederlands-Indië.
Copyright © All rights reserved Stichting Nederlands-Indië
&
De Indische Verhalentafel