Niels Langkilde Thiele
Inhoud
Niels' jeugd in Denemarken
Niels nieuw leven
Niels overstap naar de particuliere sector
Niels wordt zijn eigen meester
Ingenieursbureau Niels Thiele
Een winkelgebouw voor het Engelse Whiteaway Laidlaw Co
Ocean Quay in Belawan
De Demmenibrug
Publiek debat over het gebruik van gewapend beton in projecten
Niels en vervoer
De oorlog komt naar het Verre Oosten
Sumatra tijdens de bezetting
De Japanse capitulatie en Bersiap in Medan
Naschrift
Zoekopdrachten
Niels Langkilde Thiele werd geboren op 10 juni 1882 in Frederiksberg. Zijn vader was klerk bij het ministerie van Binnenlandse Zaken Frederik Andreas Thiele1 (later burgemeester in Skanderborg) en zijn moeder was Bertha Emilie Langkilde.
Hij had 2 oudere broers Frederik Anton en Johan Christian en een jongere broer Just Andreas.2
In 1906 behaalde hij zijn masterdiploma als ingenieur en begon vervolgens zijn militaire dienst als dienstplichtige bij de vestingartillerie. Waar hij eindigde met de rang van tweede luitenant in het 2e Artillerie Bataljon.3 Het duurde dus tot na zijn vertrek uit het leger. Dat hij begon met zijn werk als ingenieur. Als nieuw ingenieur was het niet gemakkelijk om een vaste baan te krijgen. Daarom bekleedde hij in de jaren 1908-1911 ook veel verschillende functies. Waarbij hij opdrachten aannam bij verschillende gemeenten in het land. Hij was bijvoorbeeld opzichter bij de bouw van Nordby Gasværk op Fanø en een pompstation bij Holbæk Vandværk. Andere opdrachten waren onder andere assistent-ingenieur voor de stadsingenieur in Odense. Hij werkte ook mee aan de aanleg van de spoorlijn Stubbekøbing-Nykøbing-Nysted. Een korte periode bij Valby Gasværk en als opzichter bij de bouw van Frederikshavns Gasværk.
1 Niels vader was een veteraan uit de oorlog in 1864.
2 Niels jongere broer Just Andreas was een beroepsofficier bij de Deense marine. Van 1 mei 1929 - 31st augustus 1932 was hij adjudant voor kroonprins Frederik. Hij volgde hem ook op zijn reis in 1930 toen de kroonprins Siam (Thailand), China en Japan bezocht aan boord van MS "Fiona".
3 Hof- og Statskalender 1909 blz. 402.
In november-december 1911 ondernam hij een studiereis omdat hij geld voor zo'n reis had gekregen van de erfenis Larssen. Het is niet ondenkbaar dat een deel van de reis naar Nederland ging om de mogelijkheden voor een toekomstige carrière in Nederlands-Indië te onderzoeken.
Omdat het in Denemarken moeilijk was om een vaste baan als ingenieur te krijgen, was de uitbreiding groot. Zo kon men in "Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië"4 op 12 februari 1912 lezen dat:
"Bij besluit van den Minister van Koloniën No. 39 wordt hierbij medegedeeld, dat N. L. Thiele als ingenieurs kandidaat ter beschikking van den Gouverneur-Generaal is gesteld. Bij Waterstaat en 's Lands Burgerlijke Openbare Werken."
Hij was niet de enige, want in dezelfde resolutie kon je ook lezen over de tewerkstelling van:
"Alex Bendixsen (1906), Carl Andreas Christian Hansen (1903), Sigurd Strunge (1910), Eiler As- mussen Hagerup (1911), Henry Birket-Smith (1909), Asger Peter Abraham Josefsen Smitt (1908), Svend Erik Asmussen (1910), Villiam Henry Erichsen (1908) en Axel Bredo Michael Obelitz (1911)."5
Ze reisden echter niet samen naar het onbekende. Toen Niels op 3 februari 1912 uit Amsterdam vertrok aan boord van de SS "Koning Willem I", lijkt het erop dat hij alleen reisde.6
Normaal gesproken waren het niet alle passanten die aan boord gingen voordat het schip uit Nederland vertrok.
Velen vermeden liever de reis door de Golf van Biskaje en rond het Iberisch schiereiland. In plaats daarvan, namen ze de trein naar Genua of Marseille. Waar de schepen op weg naar Nederlands-Indië normaal gesproken een tussenstop maakten. Voordat ze verder voeren door de Middellandse Zee naar Port Said en het Suezkanaal. Verder door de Rode Zee en de Indische Oceaan om uiteindelijk aan land te gaan op Sumatra.
Na zijn aankomst werd Niels aangesteld bij de irrigatiewerken voor de Tjioedjoeng rivier in Noord-Bantam.7 Om te beginnen als ingenieur in opleiding, maar in 1913 werd hij bevorderd tot engineer 3e klasse. Naast zijn werk had Niels ook tijd om te socializen. Uit de kranten blijkt dat hij een actieve tennisspeler was.
4 "Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië". Batavia, 12-02-1912, p. 2.
5 Het jaar tussen haakjes geeft aan wanneer de persoon kandidaat werd.
6 "Provinciale Geldersche en Nijmeegsche courant". Nijmegen, 03-02-1912, p. 6.
7 "Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië". Batavia, 21-03-1912, p. 3.
SS "Koning Willem I" die Niels naar zijn nieuwe leven in Indië bracht Bron: Wikimedia Commons)
In 1917 werd hij benoemd tot ingenieur 2e klasse, en hij had uitzicht op overplaatsing naar Serang. Hij verlengde het contract echter niet toen het later dat jaar afliep. Zoals te lezen was in "De Locomotief" op 13 november 1917:8
"Opzegging: Op eigen verzoek, met ingang van 3 november 1917, wegens beëindiging van zijn dienstverband na ter beschikking stelling aan de directeur van Burgerlijke Openbare Werken, de tijdelijk ingenieur 2e klasse bij de Waterstaat en 's lands Burgerlijke Openbare Werken, N. L. Thiele."
In plaats daarvan had Niels zich laten verleiden door een aanbod van Steen Sehested (1910). Sehested was in april 1914 naar Siam gereisd om werk te leiden voor de Siam Cement Co. Dit bedrijf was het jaar ervoor in 1913 opgericht en zou cement gaan produceren in een fabriek die gebouwd was door F. L. Smith A/S.
Sehested had niet lang nodig om alle mogelijkheden te zien. Daarom richtte hij al in 1915 samen met de Schotse ingenieur John Hunter Swanson het bedrijf Swanson & Sehested op. In 1917 richtten ze een filiaal op in Singapore, dat in 1919 ook het hoofdkantoor van het bedrijf werd.
In 1917 zette Niels zijn werk voort bij Swanson & Sehested.9
Waar hij bleef tot 1923. Alleen onderbroken door een jaar vakantie in Denemarken. Tijdens deze vakantie trouwde hij met Asgerda Kama (geboren Bjerring) in de slotkerk van Frederiksborg. Samen kregen ze de kinderen Agnete Thiele (geboren in Kuala Lumpur op 4 juli 1920), Birgitte Thiele (geboren in Soerabaia op 23 mei 1922), Niels Andreas Stadfeldt Thiele (geboren in Batavia op 18 maart 1925) en Steen Langkilde Thiele (geboren in Medan op 7 mei 1927).
In de eerste jaren van 1915 tot 1921 hadden de twee oprichters van Swanson & Sehested het bedrijf samen geleid. In 1921 stopten ze echter met de samenwerking, waarna Sehested het bedrijf alleen leidde tot de sluiting in 1924.10
Na de ontbinding van Swanson & Sehested Co. in 1924. Hij voltooide de werken in Soerabaja die het bedrijf was begonnen.
Swanson & Sehested Co nam deel aan de bouw van bruggen in verband met de aanleg van spoorwegen in Thailand. Ook waren ze verantwoordelijk voor het enorme gebouw voor de Deense Oost-Aziatische Compagnie aan Oriental Avenue in Bangkok. Helaas is het niet mogelijk geweest om te achterhalen aan welke projecten Niels in deze periode heeft gewerkt.
Niels bleef niet werkloos, maar werd verantwoordelijk voor het kantoor in Batavia van het Nederlandse bedrijf Nederlandsch Aanneming Maatschappij (NEDAM). Net als in de periode dat hij bij Swanson & Sehested Co. werkte, is het helaas niet gelukt om projecten te vinden waaruit blijkt dat Niels eraan heeft meegewerkt.
Nog steeds via de kranten uit de periode dat Niels bij NEDAM werkte. Het is gelukt om ten minste enkele projecten te vinden waarvoor hij heel goed verantwoordelijk zou kunnen zijn geweest.
Zoals een nieuwe waterleiding voor Tangerang, een nieuw 18 meter lang gebouw in Tandjong Priok (de haven van Batavia) voor Stoomvaart Maatschappij Nederland.
8 "De Locomotief". Samarang, 13-11-1917. p. 12.
9 Hij was niet de enige Deense ingenieur die voor Swanson & Sehested Co werkte met een band met Nederlands-Indië. Johan Theodor Havsteen werkte in Soerabaja en kreeg daarna een baan bij Niels voormalige werkgever Burgerlijke Openbare Werken in Bondowoso op Oost-Java. Helaas overleed hij in 1932 in Californië.
10 Steen Sehested vestigde zich in Maleisië waar hij zijn werk als ingenieur voortzette. Hij werd alleen onderbroken doordat hij tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Japanners werd geïnterneerd. Waarschijnlijk omdat zijn vrouw Ebba (geboren Henning) geld doneerde aan "Wool and Material Fond" van de vrouwenafdeling van het Malaya Patriotic Fund (Zoek: The Straits Times, 7 juni 1941, Pagina 10)
Een advertentie Swanson Sehested in "The Straits Times" 20 januari 1920 (Bron: NewspaperSG)
In 1926 besloot Niels zijn eigen baas te worden en opende hij een ingenieursbureau in Medan onder zijn eigen naam. Het kan vreemd lijken dat hij Medan verkoos boven Batavia of Soerabaja, steden die hij goed kende. Een reden kan zijn dat hij zag dat Medan onderontwikkeld was vergeleken met de andere twee steden.
Dat betekende kansen voor een man als Niels, want gewapend beton was een nieuw materiaal op Sumatra dat tot dan toe nog niet werd gebruikt om dingen te bouwen. In tegenstelling tot de tijd dat hij bij Swanson & Sehested Co. en de Nederlandsch Aanneming Maatschappij werkte. Het is gemakkelijker om voorbeelden te vinden van projecten waar Niels aan werkte nadat hij voor zichzelf was begonnen.
Tot slot moeten we niet vergeten dat toen Niels in 1912 in Nederlands-Indië aankwam. Sumatra net onder Nederlandse controle was gekomen. Toen hij met zijn gezin in Medan neerstreek, was het gebied dus nog maar kort rustig.
Op 19 februari 1869 had Koning Willem III een medaille ingesteld "het Expeditie kruis". Ook bekend als het Ereteken voor Belangrijke Krijgsbedrijven. Er zijn verschillende insluitingen voor de gebieden rond Medan: "Deli (1872), Atjeh (1873-1874) (1873-1876) (1873-1880) (1873-1885) (1873-1890) (1873-1896) (1896-1900) (1901-1904) (1901-1905)
(1906-1910) (1911-1914),11 Korintji (1903),12 Mid-Sumatra (1903-1907), Samalangan (1877).
In 1926-1927 was er ook een communistische opstand op Sumatra. In juni 1924 kreeg Denemarken bij koninklijk besluit toestemming om een consulaat in Medan te openen.13
Het eerste project dat in de kranten wordt genoemd is een winkelgebouw voor het Engelse bedrijf Whiteaway Laidlaw Co. Dat had winkelgebouwen in het Verre Oosten in voornamelijk de Britse koloniën. Op 27 september 1926 stond er in de "Deli Courant"14 een artikel over het nieuwe winkelpand dat gebouwd zou worden aan de Paleisweg:15
11 Tenminste 27 Denen dienden in Atjeh. Onder hen Martin Herman Heinrich Flammé die op 26 november 1945 stierf in een interneringskamp in Batavia. Hij ligt begraven in Menteng Pulo. Een biografie over hem is te vinden op www.academia.edu. Een ander was Ludwig Olaf Wilhelm Kongsted-Jensen die op 6 juni 1945 overleed in een interneringskamp in Ambarawa. Hij ligt begraven in Menteng Pulo. Minstens vier Denen namen deel aan Djambi en drie aan de operaties op Midden-Sumatra. Eén van hen was Niels Vilhelm Berger Christensen wiens biografie te vinden is op www.academia.edu.
12 Een andere Deense ingenieur Jens Askgaard (1914) had deelgenomen aan de aanleg van de Korintje-weg van de kust naar het binnenland (interview in "Ingeniøren" 17 juni 1922). Helaas stierf hij aan tyfus 2 juni 1923 op West-Sumatra.
13 De eerste Deense consul was ene W. Kruse. Helaas is het niet gelukt om erachter te komen wie hij was.
14 "Deli Courant. Medan, 27-09-1926, p. 1.
15 Na de Indonesische onafhankelijkheid werd de Paleisweg omgedoopt tot Jl. Brigjend Katamso.
Een advertentie voor NEDAM, het bedrijf waar Niels werkte na zijn tijd bij Swanson & Sehested Co.
("Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië"
26 november 1924, p. 11)
Aan de Paleisweg, waar vroeger de paar houten huizen stonden die het aanzicht zo ontsierden, stond naast het trotse Avros gebouw. Al enkele maanden is men bezig met de bouw van een nieuw, groot winkelpand voor het bekende Engelse bedrijf Whiteaway Laidlaw, dat in veel steden in het Verre Oosten te vinden is. De vestiging in Medan is de tweede in Nederland Oost Indië. In Surabaya was al een pand gebouwd.
De bouw is eind mei begonnen en men hoopt dat het eind november klaar zal zijn, waarna de inrichting en opening zo snel mogelijk zullen beginnen.
De hoofdafmetingen van het volledig uit gewapend beton opgetrokken gebouw - volgens het ontwerp van de Deense ingenieur Niels Thiele - zijn: frontbreedte 28 meter, diepte 33 meter en maximale hoogte 8,20 meter, waardoor het gebouw een ereplaats krijgt tussen de grote winkels in Medan. Alleen de zij- en achterwanden zijn gemaakt van baksteen, de rest, inclusief het platte dak, van gewapend beton; met uitzondering van een paar zeer kleine delen, zal er vrijwel geen houten constructie in het hele gebouw zijn als het eenmaal klaar is.
Intern is de winkelruimte zo duidelijk mogelijk verdeeld in drie grote galerijen die van voor naar achter lopen, waarvan de middelste en breedste (ongeveer 10 meter) hoger is dan de twee buitenste, die elk ongeveer 7 meter breed zijn. Acht zware kolommen ondersteunen het interieur en scheiden de breedste galerij van de andere twee. Naast het kantoor zijn in de twee zijvleugels de afdelingen voor: kleding, linnengoed, kleingoed, damesartikelen, toiletartikelen, herenmode (2 afdelingen), schoenen en glaswerk ondergebracht. Het middelste gedeelte wordt gereserveerd voor een groot aantal zeer lage toonbanken, terwijl de afdeling reisartikelen zich aan de achterkant bevindt.
De overspanning aan de voorkant, zonder een enkele zuil, is maar liefst 22 meter en is de grootste in zijn soort in Nederlands-Indië. De ingang, die aan de voorkant 18 voet breed is en aan de binnenkant 9 voet, bevindt zich in het midden en aan weerszijden hiervan zijn 4 grote vitrines, elk ongeveer 8 voet breed en gescheiden door smalle tralies.
Deze vitrines worden daarom op geen enkel punt onderbroken door grotere kolommen, wat de duidelijkheid zonder twijfel ten goede komt.
De gevel is, net als het hele gebouw, egaal grijs gehouden; de platte bovenkant wordt aan de uiteinden afgesloten door twee kleine torens. Op de brede kroonlijst staat in reusachtige letters de naam van het bedrijf Whiteaway Laidlaw. Het hele gebouw, dat wordt gebouwd door de firma Langereis, bevat 230 kubieke meter gewapend beton en 26 ton ijzer."
Tijdens het afronden van het winkelgebouw keek Niels al uit naar het volgende. Belawan de haven van Medan moest een langere kade krijgen. Vlak voor Kerstmis op 15 december 1926 was het resultaat van de aanbesteding te lezen in "Deli Courant":16
16 "Deli courant". Medan, 15-12-1926, p. 1.
We hebben begrepen dat de uitkomst van de aanbesteding voor de voltooiing van het tweede deel van de Oceaan Kade in Belawan als volgt is: Volker company in Batavia f 270.000; Hollandsche Beton Mpij. f 196.950; Nederlandsche Aanneming Mpij. te Soerabaja f 191.800; ir. Niels Thiele te Medan f 187.000.De schatting van het havenbeheer in Belawan bedroeg f 190.000.Verder zijn er variantenprojecten ontvangen van Niels Thiele (f 175.500) en twee van de Ned. Aan- neming Mpij. (f 169.500 en f 164.000).De beslissing over de toewijzing ligt bij de directeur van B.O.W. Wanneer het een aanbesteding naar keuze betreft, is het waarschijnlijk dat het werk gegund werd aan de laagste inschrijver."
Deli Courant had gelijk dat Niels zijn bod had gewonnen. Een van Niels eerste klussen was het afmaken van de Ocean kade bij Belawan de haven van Medan.
In het begin namen de kranten geen foto's op in hun verslagen van Niels' projecten.
Maar advertenties zoals deze uit
"Saw's commerciële dagboek 1931" laten zien dat hij meewerkte aan de aanleg van de drinkwatervoorziening in Bagan Si Api-Api.
Zoals onlangs bekend werd gemaakt, is na een openbare aanbesteding de uitvoering van het werk "voltooiing van het tweede deel van de Ocean Quay in Belawan" toegewezen aan Niels Thiele in Medan, voor een bedrag van f 187.000,-.
Met de start van de uitvoering van dit werk, dat zal plaatsvinden in de tweede helft van augustus om te worden afgerond in 1927, is al een begin gemaakt - volgens de "Deli Courant." - Hoewel de belangrijkste taak: het storten van beton op de muur, die op dit moment alleen uit caissons bestaat en 500 meter lang is, niet voor maart zal zijn voltooid, is men al begonnen.
Er is nu een begin gemaakt met de bouw van een loods voor de 65 koelies, waarschijnlijk Javanen - de 20 Toukangs - Chinezen - die hier zullen werken.
Ze hopen in maart te kunnen beginnen met het storten van het beton. Dit tweede deel van de Ocean Kade wordt op precies dezelfde manier behandeld als het eerste.
Wanneer dit laatste deel van de Oceaan Haven is voltooid. Het zal een kadelengte hebben van 1000 meter, liggend 70 cm boven Belawan-niveau of 120 cm boven het hoogste waterniveau."
Het waren niet alleen grote projecten die Niels tijd kostten. Volgens de "Deli Courant"17 op 29 december 1927. Hij nam ook deel aan een klein project om de drinkwatervoorziening in Bagan Si Api-Api veilig te stellen.
Een ander project waar Niels een actieve rol in speelde was het "Woonpark Arcadie" waar hij ook de taak van directeur op zich nam. 18 En op 14 november 1928 bracht "Deli Courant" een langer artikel over de plek:19
17 "Deli courant". [Medan], 23-12-1927, p. 2. Uit "Saw's commercial diary 1931" is te zien dat hij verantwoordelijk was voor 564 12 meter lange betonnen pilaren.
18 "De Sumatra post". Medan, 27-08-1928, p. 10.
19 "Deli Courant. [Medan], 14-11-1928, p. 1.
Hoe het groeit. Gisteren konden we onder leiding van de directeur van het nieuwe woonpark een bezoek brengen aan "Arcadie", gelegen nabij de grens van de gemeente aan Gloegoar. In opdracht van de firma, die dit woonpark exploiteert, worden door de firma Niels Thiele een aantal betonnen woningen gebouwd, waarvan een deel al klaar is en zelfs al volledig bewoond, terwijl de bouw van een ander deel nog in volle gang is. Hoewel de weg daar nog niet erg goed is aangelegd - als het regent zakken mensen tot hun enkels in de modder - zijn er al enkele tekenen van de situatie zoals die in de nabije toekomst zal worden. Op het punt waar de Gloegoerweg, de nieuwe weg waaraan de huizen worden gebouwd, uitkomt in de Belawanweg, komt een groot, vierkant of klein park dat twee brede opritten voor het woonpark openlaat. De huizen staan ongeveer 50 meter uit elkaar, waardoor er een brede weg ontstaat die eindigt bij de hangbrug over de Deli en het bekende rivierpad. Het is de bedoeling dat deze weg daar later wordt doorgetrokken en dat er een brede verkeersbrug komt. Maar dit is (gelukkig aan één kant) nog toekomstmuziek. Gelukkig maar, want zowel de brug als het rivierpad maken Arcadia zo echt Arcadisch.
De huizen zijn klein, maar ruim genoeg voor pasgetrouwde stellen of vrijgezellen. In feite is de indruk die je van deze huizen krijgt bijzonder gunstig. Er is een ruime galerij aan de voorkant, een gesloten galerij aan de achterkant, een slaapkamer met een aangrenzende mandi kamer, een studeerkamer en, wat de bijgebouwen betreft, een keuken en een dienstbodekamer. Zes huizen hebben ook een garage. De huizen, ontworpen in strakke, eenvoudige lijnen, doen het erg goed en de platte daken hebben vindingrijke mensen zelfs aanleiding gegeven om een daktuin aan te leggen met een gezellige zithoek. Er is inderdaad alles aan gedaan om het de bewoners zo aangenaam mogelijk te maken. Ze hebben een vrij grote binnenplaats voor en achter de huizen; elektrisch licht, waterleidingen en gas zijn al geïnstalleerd als je het huis betrekt, en de bewoners kunnen een naam op hun villa schilderen, wat het karakter van een villapark nog versterkt.
Deze Arcadische woningen zijn bijzonder geschikt "voor beginners", omdat ze eenvoudig en toch zeer smaakvol - meerdere bewoners hebben dit al laten zien! - in te richten en omdat de huurprijzen niet al te hoog zijn. Aan de linkerkant van de Gloegoerweg zijn 7 woningen gebouwd, aan de rechterkant 16. De firma heeft nog een groot terrein tot haar beschikking - het geheel is 30.000 m3 - waar nog meer woningen gebouwd zullen worden.
Deze oplossing voor het huisvestingsprobleem in Medan is praktischer en in veel opzichten prettiger voor de bewoners dan appartementenbouw, dat ongetwijfeld zijn vele nadelen heeft ten opzichte van de voordelen van een eigen kleine woning. Gisteren hoorden we terecht eerbetoon aan de leider van het villaparkplan, ir. C. Rademakeren, aan de heer Niels Thiele onder wiens leiding de woningen zijn gebouwd en inderdaad netjes zijn afgewerkt."
Op 26 mei 1936 moet Niels echt blij zijn geweest toen de "Deli Courant" bekendmaakte dat hij de opdracht kreeg om de Demmenibrug te bouwen:20
"NIEUWE DEMMENI-BRUG TOEGEKEND
Ir. Niels Thiele ontvangt de opdracht.
We hebben begrepen dat de bouw van de Demmenibrug over de rivier de Deli is gegund aan de laagste inschrijver, Niels Thiele. De inschrijving, die enkele weken duurde, moest gebaseerd zijn op een eigen ontwerp, dat vervolgens zou worden beoordeeld door de betrokken gemeentelijke autoriteiten.
De Demmenibrug wordt nu in bijna dezelfde stijl gebouwd als de Soekamoeliabrug, die ook door ir. Niels Thiele en waar nog steeds continu aan gewerkt wordt."
Het was ook de "Deli Courant" die een langer artikel over het project bracht op 13 november 1936:21
"Hoe vordert het met de Demmeni-brug?"
Vandaag wordt de basis gelegd.
Symfonie in beton
Bandjirs veroorzaakten nogal wat opschudding en sloegen onder andere grote stukken van de modderdammen weg.
Ondanks de tegenslagen door de recente zware regenval en de daardoor veroorzaakte schade, vorderen de werkzaamheden aan de nieuwe Demi- meni brug goed. Vandaag is een gedenkwaardige dag, je zou kunnen zeggen een mijlpaal in de geschiedenis van de realisatie van deze symfonie in gewapend beton, want vandaag is de funderingssokkel aan de kant van de tangsi voltooid. En aangezien de sokkel aan de andere kant al eerder is voltooid, kunnen we vanavond om twaalf uur zeggen dat het meest risicovolle deel van de brugconstructie zich achter ons bevindt..
20 "Deli courant. Medan, 26-05-1936, p. 6.
21 "Deli courant. [Medan], 13-11-1936, p. 1.
Transport van materiaal via een transportkabel in verband met de bouw van de nieuwe Demminibrug. Een revolutionaire methode in die tijd.
Deze bases van gewapend beton zitten diep in de grond, op de bodem van wat nu een enorme put is, een moeilijke klus die onder de waterlijn moet worden geklaard. De kuilen moesten daarom worden beschermd tegen de kracht van het oprukkende rivierwater met brede modderdammen, waarvoor zware pompen met lange pijpleidingen nodig waren. De modderbanken kunnen namelijk niet zo dik zijn zonder dat het water er doorheen sijpelt. Het water wordt afgevoerd naar een bron in een van de hoeken van de put en van daaruit wordt het opgezogen en getransporteerd naar de plaats waar het in de rivierbedding thuishoort. En hier hebben de bandjirs het meeste tegengehouden. Een groot deel van de oostelijke oever is weggespoeld alsof het werk van spelende kinderen was, en niet blootgesteld aan de kracht van de elementen. De modderdam was versterkt met ijzer en zo kon worden voorkomen dat het werk voortijdig werd afgebroken.
Vanochtend, toen we de plaats van deze strijd tegen het water bezochten, werd er onder leiding van de heer Ir. van Assen, die op dit moment de leiding heeft over de bouw, hard gewerkt om de westelijke zool te voltooien. Want de funderingen van de nieuwe brug hebben de vorm van een voet, waarop je een zool en een wreef kunt onderscheiden, terwijl je daarboven het scheenbeen ziet oprijzen.
Dat wil zeggen, in de tekening, want in werkelijkheid zijn we nog niet zo ver. Wat vandaag wordt afgemaakt is de westelijke voetzool. De oostelijke is al klaar en veilig verborgen onder een laag water. Zeker, hoewel het voor een leek in eerste instantie een vreemd gezicht is om de Thunder Pit.
Mensen denken aan een ongeluk, aan onvoorzichtigheid, aan een defecte pomp. Maar het is slechts bewuste opzet, want door deze laag water is de druk binnen en buiten de kuil gelijk geworden, zodat deze beschermd blijft tegen alle mogelijke onaangename gebeurtenissen
Honger naar beton
Ondertussen werken aan de tangsi-kant van de rivier twee grote betonmolens, met een capaciteit van minstens 70 kubieke meter per dag, continu een dikke grijze pasta in de hongerige mond van de put, waar arbeiders het materiaal over een gevlochten stalen raam verspreiden. Het zal uren en uren duren voordat deze honger gestild is, maar zoals gezegd wordt verwacht dat het tegen middernacht klaar zal zijn.
En dan is het werk onder de waterlijn voorbij. En als gevolg daarvan breekt er een rustiger periode aan, waarin niet alle risico's verdwenen zijn, maar in ieder geval wel de belangrijkste. Zolang er in de diepte nog gewerkt moest worden, was er altijd de kans dat het water een slecht humeur zou hebben en de gang van zaken zou verstoren door speels te proberen de fatale wet van communicerende schepen in praktijk te brengen.
Er is hard gewerkt voordat het zover was en zowel de heer Valk, verantwoordelijk voor het dagelijks beheer, als de heer Niels Thiele, aannemer, en de heer van Weezel, uitvoerder, hebben een drukke tijd achter de rug. En die zal waarschijnlijk ook nog komen, want er moet nog veel gebeuren voordat de eerste auto, fietser of voetganger weer van de Esplanade naar de Poloniaweg kan zonder eerst richting de Oude Marktstraat te moeten.
Bij het overwegen van de werkzaamheden is het goed om te onthouden dat betonwerk in Deli nog erg nieuw is. Tot drie of vier jaar geleden was dit materiaal ongeschikt voor onze regio omdat we niet het personeel hadden om ermee om te gaan. Omdat niet iedereen kan worden ingezet voor betonwerk, zijn er professionals voor nodig die, zou je bijna zeggen, zowel letterlijk als figuurlijk, grondig zijn onderlegd in dit werk.
En dan is er nog iets dat volgens onze gids helemaal nieuw is voor de oostkust, en misschien zelfs wel voor India. Het is de transportkabel - de "kabelbaan" - die dient voor het vervoer van materialen en alles wat van de ene naar de andere oever moet worden gebracht.
Ondertussen hangen de draden van de D.S.M., de kabels voor het elektriciteitsnetwerk, in de lucht boven de sungei. Ze wachten op een nieuwe brug om hen weer een thuis te geven, aangezien de oude brug zo wreed van hen is afgepakt, waarvan nog maar een paar arme palen over zijn."
Het laatste grote project dat Niels volgens "De Sumatra Post" voor de Tweede Wereldoorlog naar het Verre Oosten kwam, schijnt te hebben gehad was de bouw van het irrigatiewerk bij Simeloengoen. Op 6 september 1940 schreven ze:22
22 "De Sumatra post". Medan, 06-09-1941, p. 2.
De schade aan een van de dammen na de zware storm.
Een van de twee betonmolens die elke dag 70 kubieke meter beton leverde.
Als bewijs dat de regering rekening blijft houden met de omstandigheden van die tijd. Blijft werken aan de verbetering van de leefomstandigheden, zoals met de nieuwe waterleiding in Tanah Djawa.
De grootste constructie doet ons denken aan de gigantische aquaducten uit de Romeinse tijd. Water liep van de bergen naar de steden en creëerde rijke landbouw waar vroeger woestijn was.
Het aquaduct bij Tanah Djawa voert water van Bah Hapasoek en Bah Horas over de kloof naar Bah Boloek op een hoogte van 26 meter. Het aquaduct is 67,5 meter lang en transporteert 4 kubieke meter water per seconde. Dit is met het standpunt dat de beek een groot debiet (10 meter) moet hebben voordat deze door het kanaal wordt geleid.
Op de westelijke oever van de Bah Boelek kloof leidt het water naar een groot reservoir. Vanuit dit reservoir stroomt het water eerst langs enkele rijstvelden die in aanbouw zijn. Het is de bedoeling dat deze over 2 tot 3 jaar 800 hectare beslaan. Het aquaduct wordt ook toegankelijk voor voetgangers. Er is namelijk gepland om er een corridor naast te maken.
"De waterwerken die zo belangrijk zijn voor de landbouw in Simeloengo worden binnenkort in gebruik genomen. Het werk is ontworpen en gebouwd door Niels Thiele."
Debat over het gebruik van gewapend beton in projecten
Maar het was niet alleen de bouw van gebouwen, bruggen en andere dingen die Niels tijd kostte. In de tussentijd nam hij ook deel aan het publieke debat over gewapend beton. Dat was voor velen nog onbekend omdat het nog niet eerder op Sumatra was gebruikt, althans niet in grotere mate.
Voor Niels was het niet alleen een kwestie van proberen in zijn levensonderhoud te voorzien. Hij nam ook deel aan het publieke debat. Zoals in dit artikel in "Deli Courant" 9 juni 1926:23
Permanente droogschuilplaatsen
Niels Thiele, die gespecialiseerd is in gewapend beton, kwam ons een plan aanbieden om de tijdelijke atap droog schuilplaatsen in de tabaksteelt te vervangen door permanente gebouwen van gewapend beton. Dit idee is niet nieuw. Jaren geleden werd al nagedacht over het vervangen van de tijdelijke droogschuur door permanente gebouwen en over de mogelijkheid om het droogproces te versnellen met kunstmatige warmte. Op dit laatste gebied zijn in latere jaren zelfs experimenten uitgevoerd, waarvan we de resultaten niet kennen, maar die in ieder geval niet hebben geleid tot de beoogde revolutie in de tabaksteelt.
Dit hoeft natuurlijk niets te betekenen voor nieuwe plannen. We geloven dat een ander bouwbedrijf een jaar geleden al in deze richting werkte, maar we hebben sindsdien niets meer gehoord over de resultaten. In ieder geval heeft de geïnteresseerde partij alle waardering voor het plan.
De heer Thiele heeft een droogschuur met grote afmetingen voor ogen, bestaande uit ongeveer 15 grote stenen kamers van 11,40 x 15,20 m, waardoor het hele gebouw 171 m lang is, met een hoogte van ongeveer 16 m. Dit gebouw zou worden uitgerust voor kunstmatige droging door middel van een stoomketel met een set buizen in elke kamer waardoor stoom wordt geleid die terugkeert naar de ketel. Door water te sproeien kan het vochtgehalte van elke kamer zorgvuldig worden geregeld in verband met de sterkte van het droogproces.
Elke kamer is uitgerust voor een dagelijkse oogst van 860.000 bladeren per dag, die op droogstokken worden gehesen met behulp van een eenvoudig hijsapparaat om beschadiging van de bladeren te voorkomen. Deze oogst is berekend op de opbrengst van een verdeling van 100 velden. Voor het drogen is 1 kilo hout per 1 kilo tabaksblad berekend, waarvan het meeste hout van het departement zelf kan komen.
De schuilplaats is gemaakt van een betonnen frame, de muren en compartimenten zijn aangevuld met een bakstenen muur. Het biedt het voordeel van weinig onderhoud en volledige ontsmetting van alle insectensoorten door middel van kalk.
De ontwerper schat de prijs van zo'n gebouw op ongeveer f 150.000, wat volgens zijn berekeningen in een periode van 26 jaar wordt afbetaald, waarin het wordt afgeschreven. Het gebouw zou aanzienlijk goedkoper zijn dan de huidige atap-schuren, inclusief de bedragen die nu worden uitgegeven aan verzekeringen tegen brand- en stormschade. Hij gaat er ook van uit dat zijn schuilplaats vier jaar gebruikt zal worden en dan 7 jaar leeg zal staan, om dan weer 4 jaar gebruikt te worden, hoewel niet uitgesloten kan worden dat zulke schuren met behulp van smalspoor twee keer gebruikt kunnen worden, zodat ze niet 7 jaar leeg hoeven te staan.
We horen echter dat mensen al aanzienlijk goedkopere droogschuilplaatsen bouwen, zelfs onder de 2000 gulden, door het planten van eigen materiaal, naast de atap, speelt een grote rol.
Verder rekent de ontwerper op een verzekeringspremie van 2% voor brandschade in de huidige tabakspakhuizen, maar de vraag is in hoeverre de tabakspakhuizen zelf voor een verzekering zorgen.Tot slot staat en valt de kwestie natuurlijk met de kwestie van kunstmatige irrigatie, waarbij tests de doorslag moeten geven en de markt een zeer sterke factor is.
Niels moet een goede reputatie hebben gehad. Hij trad ook af en toe op als gids voor de ingenieursvereniging. Als de vereniging excursies maakte om voltooide of lopende projecten te bezoeken waar hij deel van uitmaakte. Hij legde de details achter de constructies uit.
Toen in 1939 de discussie over de bouw van een nieuw stadhuis aan de Esplanade oplaaide, nam Niels daaraan deel. Zoals te lezen was in "De Sumatra Post" op 4augustus 1939:24
"Ir. Niels Thiele: "Een goedkoop plan (f 200.000) zal in ieder geval verschrikkelijk zijn!!!
Ir. Niels Thiele, de betonspecialist van Medan, had weinig vertrouwen in het welslagen van het plan van de gemeente. Dat de Esplanade zal worden verpest door eikenbouw, maakt niet uit hoe en waar. Als er een stadhuis op de Esplanade wordt gebouwd, wordt de hele Esplanade gewoon een tuin van het stadhuis. Dat valt niet te ontkennen. Als men zou aannemen dat er geen bezwaar hoeft te zijn tegen de verloedering van dit mooiste plein van Medan, dan blijft de vraag, "kan het nog gered worden door een waardig stadhuis te bouwen?".
Volgens Niels Thiele "is dit niet helemaal uitgesloten, maar het is zeker dat het niet erg zal zijn als men niet meer dan tweehonderdduizend gulden kan of wil uitgeven. Voor zo'n bedrag kun je nooit een gebouw neerzetten dat cachet geeft aan de Esplanade en de schade aan het plein rechtvaardigt."
23 "Deli courant". Medan, 09-06-1926, p. 1.
24 "De Sumatra post". Medan, 04-08-1939, p. 2.
Het aquaduct bij Tanah Djawah dat werd gebouwd in verband met de waterwerken bij Simeloengoen.
Er kan geen twijfel over bestaan dat de zaken goed gingen voor Niels in de 30-jaren. Normaal gesproken publiceerden de kranten de passagierslijsten van de verschillende schepen die uit Nederland kwamen of naar Nederland voeren. Maar Niels is daar niet op te vinden.
Een van de redenen kan zijn dat hij na zijn huwelijk in 1918 nooit naar Europa is teruggekeerd. Dit zou zeer ongebruikelijk zijn voor rijke mensen zoals Niels. Een andere reden kan zijn dat hij vloog. Hoewel de kranten af en toe vermeldden wie er passagier was. Dat deden ze niet altijd.
KLM (Koninklijke Luchtvaart Maatschappij) 25 werd opgericht op 7 oktober 1919 en vanaf dat moment werden de vliegtuigen steeds beter. Net als langeafstandsvluchten die op experimentele basis werden opgestart. KLM's eerste vlucht naar Nederlands-Indië was al in 1924.
Het zou echter nog tot 1930 duren voordat ze op regelmatige basis tussen Nederland en Nederlands-Indië begonnen te vliegen. In het begin slechts één keer in de veertien dagen, groeiend in regelmaat tot drie vluchten per week bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog.
Dat Niels gewend was om te vliegen blijkt uit twee artikelen. Op 9 december 1935 kon de "Deli Courant" haar lezers informeren over de aankomst van een KLM vliegtuig met bestemming Nederland. En onder de passagiers vinden we Niels die terugkeert van Palembang in Zuid-Sumatra:26
DE KOMST VAN DE KIEVIET
"Slecht weer in Singapore
De "Kievit", het KLM-toestel op weg naar Nederland, is hier zaterdagochtend aangekomen vanuit Singapore, bestuurd door kapitein Hondong. Het vliegtuig bracht de nacht door in Singapore vanwege slechte weersomstandigheden. Er waren aan boord van de "Kievit". Twee passagiers voor Medan, namelijk de heer Niels Thiele die vanuit Palembang via Singapore aankwam en de heer Lim Tjoe Tjong uit Singapore. Er was ook een passagier uit Singapore, de heer Frances Lee, op weg naar Bangkok. Twee Amerikaanse dames die hier de week ervoor met het KLM-vliegtuig uit Bangkok waren aangekomen, scheepten in op het vliegveld van Me- dan; deze toeristen keerden nu met de "Kievit" terug naar de hoofdstad van Siam".
Op 28 oktober 1939 berichtte "de Sumatra Post" over de aankomst van de KLM-vlucht uit Nederland:27
JONGE PASSAGIERS VAN DE GIER
ZES KINDEREN VOOR DE OOSTKUST
"Het K.L.M. vliegtuig De Gier, dat gisteren Napels verliet, brengt zes kinderen naar Medan: twee voor Ir. Niels Thiele, twee voor Mr. E. Furrer, administrateur van Goenoeng Mélajoe, één voor Mr. A.C. van Ros- sum, administrateur van Pantai Boeaja en één van Mr. J.C. de Kok van de B.P.M, in Pangkalan Brandan. Verder komen met dit vliegtuig naar Indië een kind van Mr. Ie Keng Djin te Batavia, een van Mr. Ruyter van Toe loengboejoet (Zuid Sumatra), een van Mr. Van der Beek te Poerwakarta en twee van Mr.der Steenhoven in Surabaya."
Terwijl Niels en zijn gezin ervoor kiezen om te vliegen als ze op reis zijn. Er werd niet alleen over hem geschreven over de projecten waar hij toezicht op hield. Op 6 oktober 1936 konden de lezers van "De Sumatra Post" een artikel lezen waar hij waarschijnlijk niet enthousiast over was. Niels was ook autobezitter en op een dag kreeg hij op weg van Atjeh naar huis een ongeluk:
Ernstig auto-ongeluk bij Sigli.
MR IR. NIELS THIELE ERNSTIG GEWOND.
"We hebben begrepen dat er zondagochtend een auto-ongeluk heeft plaatsgevonden in de buurt van Sigli, waarbij een personenauto door slippen door een brugleuning is gezakt.
We hoorden verder dat de auto werd bestuurd door Niels Thiele, de bekende bouwer en specialist in gewapend beton uit Medan, terwijl naast hem een Duitser zat, een uitvoerder van bouwwerkzaamheden in Atjeh.Omdat de auto over het grind van de weg slipte, crashte de auto door een brugleuning en viel.Niels Thiele had een aantal gebroken ribben, terwijl zijn medepassagier zijn sleutelbeen brak
In het begin leek het erop dat beide heren het goed hadden getroffen, maar toen ze in Medan aankwamen, moest Niels Thiele onmiddellijk worden opgenomen in het ziekenhuis aan de Timorstraat. Hij bleek vier gebroken ribben te hebben en verder inwendige bloedingen. Zoals we nu weten is zijn toestand vrij ernstig en mag hij helemaal niet spreken.
De medepassagier is weer op de been en loopt alleen met zijn arm in het verband. Naar wij hebben begrepen waren beide heren, afkomstig uit Atjeh, op weg naar huis."28
Ook al raakte Niels ernstig gewond bij dit ongeluk. Het duurde niet lang voordat hij weer aan al zijn projecten werkte.
25KLM betekent Koninklijke Luchtvaart Maatschappij N.V. of Royal Dutch Airlines in het Engels.
26"Deli courant". Medan, 09-12-1935, p. 2.
27"De Sumatra post". Medan, 28-10-1939, p. 2.
28"De Sumatra post". Medan, 06-10-1936, p. 2.
Helaas duurde het goede leven niet lang. Op 1 september 1939 brak de Tweede Wereldoorlog uit in Europa. Het werd echter pas belangrijk toen de Duitsers in het westen aanvielen op 10 mei 1940.
Dit activeerde het codewoord "Berlijn" in Nederlands-Indië. Dit betekende dat voornamelijk Duitse en Oostenrijkse burgers, maar ook kinderen uit gemengde huwelijken met een Duits/Oostenrijkse vader, werden gearresteerd. Dit ongeacht of ze een politieke beweger waren, Joods of niet.
Ook bekende Nederlandse sympathisanten met de nazi's werden gearresteerd. Voor de zekerheid werden ook burgers uit België, Denemarken,29 Joegoslavië en Polen gearresteerd. Zoals de Nederlandse ambtenaar Cornelis van Heekeren later schreef:30
"Het is verbazingwekkend dat op 10 mei in de hele archipel met zijn continentale afstanden, de ambtenaren en de politie de Duitsers en andere 'vijandelijke onderdanen' arresteerden. Tot deze 'vijandelijke onderdanen' behoorden ook Duitse Joden, politieke vluchtelingen uit Duitse gebieden, Tsjechen, Hongaren, Denen, Joegoslaven, Belgen, Polen en Nederlandse NSB (Nederlandse Nazi Partij) leden. De beslissing hierover was (...) gebaseerd op artikel 20 van de Artikelen van Oorlog en de Oorlogswetten. Bij het implementeren van het principe was men van mening dat het beter was om iedereen voor de eerste periode te arresteren en daarna uit te zoeken wie er weer vrijgelaten kon worden. Wat niet voorzien was, was dat de publieke reactie op de her-havens uit Europa zo heftig zou zijn dat de vrijlating van de geïnterneerden praktisch onmogelijk was omdat ze niet langer geaccepteerd werden in de kleine blanke bovenlaag van de koloniale samenleving.
Er waren altijd al veel buitenlanders in overheidsdienst in Nederlands-Indië, vooral in het leger en bij de politie. Uit een mededeling in de Volksraad van 1939 blijkt dat het er toen ongeveer 200 waren, waarvan tien politieagenten. Voor zover zij vijandelijke onderdanen waren, werden zij op 10 mei 1940 ontslagen en geïnterneerd."31
Met de komst van de Japanners in de oorlog werd Nederlands-Indië ook een actieve oorlogsdeelnemer. Het lijkt er niet op dat de oorlog of de oorlogsvoorbereidingen het echtpaar Thiele hebben beïnvloed. In tegenstelling tot veel Europese mannen lijkt Niels zich niet te hebben gemeld bij de lokale thuiswacht (Stadwacht).32
Dat was niet zo, en het zou ook niet helemaal ongevaarlijk zijn geweest als hij dat wel was geweest. De Japanners landden ten noorden en ten zuiden van Menado op 12 maart 1942. Bij Tigga Roenggoe waren 21 leden van de Stadwachten toegewezen om een brug te bewaken. Toen ze hoorden van de Japanse landing besloten ze de brug op te blazen. Toen ze later door de Japanners gevangen werden genomen, werden ze geëxecuteerd.33
Medan werd bezet op 13 maart 1942. Het echtpaar Thiele had toen echter al de eerste verschrikkingen van de oorlog gevoeld. Al op 11 december 1941 had de 81ste Air Group van de Japanse Army Air Force verkenningen uitgevoerd boven Medan. Op 28 december werd het vliegveld van Medan voor het eerst aangevallen. Door 18 lichte bommenwerpers geëscorteerd door 7 jachtvliegtuigen van de 3e Luchtdivisie van de Japanse Legerluchtmacht.34 Vanwege deze luchtaanval beval vice-admiraal Conrad Emil Lambert Helfrich35 dat er maar één schip tegelijk in de haven mocht blijven.36
Rond Medan hadden echter geen zware gevechten plaatsgevonden. Toen het Yoshida37 Detachment landde bij Idi ten noorden van Medan op 12 maart 1942. Het belangrijkste doelwit waren de olie-installaties bij Langsa en Pangka-Lan Brandan.38
De Japanse voorbereidingen voor de landing op Sumatra39 hadden Deense slachtoffers gekost. Ulrich Bernstorff von Sperling (1915)40 was manager bij de spoorwegen in de provincie Atjeh. Op 24 februari 1942 had hij informatie ontvangen dat er sabotage was gepleegd op het spoor. Toen hij op weg was om de zaak nader te onderzoeken, werd hij vermoord.41
Een andere episode met een Deen was ingenieur Thorkil Jacobsen (1917) en zijn gezin. In 1941 werd Thorkil Jacobsen overgeplaatst naar Padang (de belangrijkste stad in Centraal-Sumatra). Bij het uitbreken van de oorlog bevonden hij en zijn gezin zich echter in de provincie Atjeh. Waar hij het werk had overgenomen van veel opgeroepen Nederlanders.
Zijn vrouw Kirsten Taaning Johansen en zoon Thorkil werden per trein naar het zuiden gestuurd. Hier kwamen ze terecht in het interneringskamp Takengon, terwijl hij gevangen werd genomen door de Japanners. Na een kort verblijf in de gevangenis werd hij echter weer vrijgelaten en later slaagde hij er ook in om zijn vrouw en zoon weer vrij te krijgen.
Volgens de officiële Japanse geschiedenis over de Tweede Wereldoorlog verliep de bezetting van Medan als volgt:42
Na de landing liet het Sawamura Regiment zijn vooruitgeschoven eenheid in motorvoertuigen (één compagnie geleid door de commandant van het 3rd Bataljon) richting Medan trekken, terwijl de hoofdmacht van het regiment de eenheid op fietsen volgde. De troepen vervolgden hun opmars door vernielde bruggen te repareren.
29 Helaas is het me niet gelukt om de namen te vinden van de Denen die gearresteerd zijn. Maar het lijkt er niet op dat Niels en zijn familie bij hen hoorden.
30 Cornelis van Heekeren schreef later het boek 'Batavia seint Berlijn, de geschiedenis van de Indische Duitsers in Nederlandse gevangenschap'.
31 Een voorbeeld is Otto Coerper, een Duitser die op 7 oktober 1891 in Dudweiler in Duitsland werd geboren. Hij had in 1929 de Nederlandse nationaliteit gekregen. Op 10 mei 1940 was hij politiechef in Soekaboemi in West-Java. Hij kreeg de opdracht om iedereen van Duitse afkomst te interneren. Hij kreeg opdracht zich te laten interneren met degenen die hij net geïnterneerd had.Om onbekende redenen werd Gustav Adolf Ilgen, geboren in Wiesbaden op 3rd juli 1887, niet gearresteerd. Op 10th mei 1940 was hij officier in het koloniale leger en commandant van een divisie op Java, het belangrijkste eiland in de kolonie.
32 Een man die zich wel aanmeldde was Christian Peter Elof Andersen uit Aarhus die zich vrijwillig meldde.
Christian werd gedood in Menado op Celebes op 11th januari 1942. Hij ligt begraven in Menteng Pulo in Jakarta. Een andere Deen die sneuvelde in de strijd was Gunnar Olsen die werd neergeschoten boven Tarakan. Zijn vader was de Deense consul in Batavia Frithiof Guttorm Erik Olsen. Hij ligt begraven op Menteng Pulo,
33 Majoor Junzaburo Nakamura werd na de oorlog niet vervolgd. Hij zou tijdens de gevechten in Nieuw-Caledonië zijn gesneuveld en zijn commandant kolonel Yuzo Kitayama werd door de tijdelijke krijgsraad in 1949 vrijgesproken. Toen werd vastgesteld dat hij niet aanwezig was geweest en niet op de hoogte was gesteld van de daad.
34 Volgens de "Invasion of the South" p. 194. De aanval was het gevolg van een verkeerde interpretatie van foto's. De aanval werd herhaald op 16th januari 1942.
35 Conrad Emil Lambert Helfrich was commandant van de Nederlandse marine in Nederlands-Indië.
36 Eind januari 1942, toen de Japanners het hele Maleisische schiereiland onder controle hadden, verbood Helfrichs alle gebruik van de haven.
37 Het detachement werd vernoemd naar zijn commandant luitenant-kolonel Yoshida Masaru.
38 Het Yoshida-detachement omvatte zelfs een oliebooreenheid om ervoor te zorgen dat het olieveld snel operationeel werd.
39 De Japanse codenaam voor de aanval op Sumatra was "Operatie L".
40 Ulrich von Sperling ligt begraven in Menteng Pulo in Jakarta. Een andere Denen die vermoord zou zijn tijdens de Japanse invasie is Otto Weismann. Hij staat niet in de Nederlandse database van oorlogsslachtoffers en ik heb geen bewijs kunnen vinden.
41 Ulrich von Sperling was inderdaad het slachtoffer van een F-kikan (Japanse vijfde colonne) operatie, maar het valt buiten het bestek van deze biografie om in detail te treden.
42 "De invasie van het zuiden: Army Air Force Operations, and the Invasion of Northern and Central Sumatra" p.
Onderweg en rond 08.30 uur op de volgende dag, de 13e toen het een punt bereikte ongeveer dertien kilometer ten oosten van Medan, ontving het van de vooruitgeschoven eenheid een bericht over de inname van Medan.
Vanaf de landing werden de troepen met gejuich verwelkomd door de inwoners van elk dorp, en ook de stad Medan was gevuld met een menigte die zich had verzameld om hen te verwelkomen.
Na aankomst in Medan ontbood regimentscommandant Sawamura de gouverneur van Noord-Sumatra en de hogere echelons van zijn administratie naar het politiebureau om de instructies van de divisiecommandant bekend te maken en nam de nodige maatregelen om de openbare orde te handhaven.
Vervolgens stuurde de regimentscommandant een element naar Belawan (een haven aan de kust ten noorden van Medan) om deze te bezetten, terwijl hij zijn eenheid inzette voor de bewaking van Medan en omgeving. Rond 1500 op die dag arriveerden achtereenvolgens Divisiecommandant Lt. Gen. Nishimura Takuma, Stafchef Kol. Obata Nobuyoshi en anderen in Medan en ontvingen Kolonel Sawamura's rapport over de situatie.
Op de allereerste dag deelde de Japanse bezettingsmacht folders uit: Het is aangekondigd door de Japanse bezettingsmacht:
"Vanaf vandaag, 13 maart, is de avondklok ingesteld van 7 uur 's avonds tot 6 uur 's ochtends. Dit betekent dat niemand zijn huis mag verlaten gedurende de eerder genoemde periode.
Iedereen die dit verbod negeert en op straat of buiten zijn huis wordt aangetroffen, riskeert zonder waarschuwing te worden neergeschoten.
Medan, maart 1942 De korpschef"
Voor Niels en zijn familie leek de eerste ontmoeting met het Japanse leger waarschijnlijk veel op die van Egon Ostram43 en zijn familie, zoals zijn vrouw vertelde:
"Tegen de middag kwamen de eerste stoottroepen Tebing Tinggi binnen. Ruw, vuil, primitief van uiterlijk - ze stroomden door de straten van de stad. Ze droegen geen regulier uniform. Zonnehelmen waaraan ze aan de achterkant gescheurde lappen stof hadden bevestigd om hun nek en schouders tegen de tropische zon te beschermen, kaki shorts, zware schoenen waaraan hun voeten niet gewend leken, knapzak, geweren, messen - dit was hun uniform en uitrusting. Sommigen droegen onderhemden of sportkleding met korte mouwen. De meerderheid was bloot tot aan de taille. Ze leken allemaal te lijden onder de hitte. Ze leken meer elementair, meer dierlijk, dan alle mannen die ik ooit had gezien. Het besef dat onze levens en het lot van onze kinderen in de handen van deze soldaten lagen, deed onze harten bevriezen."44
Net als de Ostrams bleef de familie Thiele waarschijnlijk binnen. Terwijl ze Japanse soldaten hoorden schieten op mensen die de huizen van de gevluchte westerlingen plunderden. Net als de bedienden die voor Asgerda en Niels werkten, waren ze waarschijnlijk gevlucht.
Later vond registratie plaats. Als Deense burgers werden Asgerda, Niels en hun dochter Agnete beschouwd als bondgenoten van de Japanners.45 Het lijkt misschien vreemd dat families als Jacobsen en Thiele niet samen met hun Nederlandse buren werden geïnterneerd. De reden hiervoor was dat Denemarken net als Japan mede-ondertekenaar was van het Anti-Komintern Pact. De Japanners beschouwden Denemarken daarom als bondgenoot.46 Niels en zijn vrouw kwamen daarom tijdens de Japanse bezetting als "Buitenkampers" te wonen.
43 Nils Egon Olaus Ostram was een Zweedse missiepriester die in Tebing Tinggi woonde. Hij werd een week voor Asgerda en Niels vermoord door Indo- nesische extremisten. Na de oorlog schreef zijn vrouw Vera een boek over hem en hun tijd op Sumatra O Bok Su: het verhaal van Egon Ostrom, bij de Chinezen bekend als "O Bok Su," een ambassadeur voor het Koninkrijk van God.
44 Deze observatie was heel gewoon voor westerse burgers toen ze de Japanse soldaten voor het eerst zagen.
45 Hun twee zonen gingen in Denemarken naar school toen Denemarken bezet was. Birgitte had niet zoveel geluk als de rest van de familie. Omdat ze getrouwd was met een KNIL-officier werd ze als Nederlandse beschouwd. Wat betekende dat ze waarschijnlijk geïnterneerd werd.
46 Olaf Werner Sørensen (1911) had niet het geluk om dit mee te maken. Als voorzitter van "De Frie Danske" in Nederlands-Indië werd hij geïnterneerd. Net als anderen die openlijk de geallieerden hadden gesteund.
Met de Japanse bezetting werd Nederlands-Indië in drie zones opgedeeld.47 Sumatra viel onder het 25th Leger dat aanvankelijk zijn hoofdkwartier in Singapore had. Maar naarmate de oorlog vorderde werd het verplaatst naar Padang aan de westkust van Sumatra.
Het betekende niet dat het leven per se gemakkelijker was. Ze moesten een bord op hun huis hebben waarop stond dat er Denen woonden. Ze moesten ook een Deense vlag (Dannebrog) op hun kleding dragen. Belasting betalen aan het Japanse leger en het nieuwe Japanse geld gebruiken. De Japanners verwachtten ook dat mensen voor hen zouden buigen.
Aanvankelijk kon Niels zijn werk echter voortzetten en de Japanners konden zijn kennis van gewapend beton waarschijnlijk goed gebruiken. Anders moest hij, net als Thorkil, invallen voor de Nederlandse ingenieurs die nu in interneringskampen zaten.
Naarmate de tijd verstreek werd het dagelijks leven echter steeds moeilijker. De Japanners radicaliseerden de lokale bevolking zo erg dat Niels in 1943 het runnen van zijn ingenieursbureau moest opgeven. Zowel de werknemers als het personeel thuis weigerden voor blanken te werken.
Met de Japanners als nieuwe heersers werd Sumatra er ook niet veiliger op. Op verschillende plaatsen ontstonden lokale opstanden. Niet vanwege de Japanse bezetting. Maar omdat de Japanners de lokale heersers die onder de Nederlanders hadden geregeerd, hun gang lieten gaan.
Generaal Kesago Nakajima48 een gepensioneerde generaal was aangesteld als gouverneur in Oost-Sumatra. Nakajima stond geïnterneerden die voor de oorlog vitale posities hadden ingenomen toe terug te keren naar hun vroegere plantages en andere functies om die draaiende te houden. Dit moesten ze wel doen onder streng Japans of inheems toezicht.
Het leven buiten de kampen was niet gemakkelijk. Toen het oorlogsgeluk veranderde begonnen de Japanners meer paranoïde te worden. Mensen werden opgepakt voor ondervraging door de Kempeitai. De inboorlingen rapporteerden ook alle verdachte dingen die met Japanners gebeurden.49
De Deense arts Poul Jensen Ellehøj die naar Nederlands-Indië was gekomen als militair arts in het koloniale leger. Daarna werkte hij als regeringsarts en Deens consul op Sumatra. Hij overleed aan uitputting op 23rd september 1943 in Ajertawar.50
Net als op Java vormden de Japanners op Sumatra ook een militair korps Gyugun.51 Hun taak was het bewaken van belangrijke plaatsen zoals vliegvelden en plaatsen waar landingen konden plaatsvinden. Maar wat minder bekend is, is dat de Japanners er geen problemen in zagen om inboorlingen als dwangarbeiders (romusha genoemd) te gebruiken.
Romusha's leefden en werkten aan verschillende projecten onder dezelfde omstandigheden als westerse geïnterneerden en krijgsgevangenen. Eén zo'n project op Sumatra was de Pekanbaroe-spoorweg, ook bekend als de Pek- anbaroe Dodenspoorweg.52
47 Java viel onder het 16th Leger en het Grotere Oosten onder de Marine.
48 Kesago Nakajima was verantwoordelijk voor het bloedbad in Nanjing.
49 De Netherlands East Indies Forces Intelligence Service (NEFIS) is er tijdens de oorlog nooit in geslaagd inlichtingen over Su- matra te verkrijgen. Hoewel de geallieerden probeerden verschillende teams aan land te brengen. Ze werden allemaal verraden door de inboorlingen die ze ondervroegen.
50 In 1983, na zijn pensionering als officier in het Deense leger. Zijn zoon Ole Jørgen Ellehøj keerde terug naar Sumatra en vond het graf van zijn vader. Hij werd later samen met zijn vrouw herbegraven op de Store-Heddinge begraafplaats. Helaas is het graf verwijderd.
In 1937 was Poul Jensen Ellehøj met verlof in Europa. Niels was de Deense consul op Sumatra.
51 Op Java was het de Heiho.
52 Thorlai Baslev Ishoy een Deense planter op Java werkte uiteindelijk aan deze spoorweg. Omdat de Japanners hem beschuldigden van sabotage.
Sinds eind april 1942 maakte Sumatra deel uit van het Britse operatiegebied. Churchill wilde graag Noord-Sumatra opnieuw bezetten en van daaruit Singapore heroveren. Een plan dat zijn eigen stafchef generaal Alan Brooke als onrealistisch beschouwde. Bovendien waren Roosevelt en zijn adviseurs erop gericht om China in de oorlog te houden. En zonder hulp van de Amerikanen kon het plan niet worden uitgevoerd.
Anders dan in Europa kwam de vrede niet meteen naar Sumatra toen de Japanners capituleerden op 15 augustus 1945. Tijdens de conferentie van Potsdam in Berlijn aan het einde van de oorlog I Europa. Tussen de geallieerden was afgesproken dat niemand contact mocht zoeken of accepteren met Japanse troepen. Voordat generaal McArthur de Japanse onvoorwaardelijke overgave had geaccepteerd in de Baai van Tokio.
Deze situatie zorgde voor een machtsvacuüm op Java en Sumatra. Soekarno, die tijdens de oorlog met de Japanners had samengewerkt. riep de Indonesische onafhankelijkheid uit in Batavia op 17 augustus 1945 met hulp van de Japanners.
De westerlingen die onder zware omstandigheden in interneringskampen zaten. Kreeg het bevel om in de kampen te blijven omdat het te gevaarlijk voor hen werd geacht om ze te verlaten. De Japanse strijdkrachten (nu Japans Overgegeven Personeel genoemd) kregen orders om de geïnterneerden en krijgsgevangenen te beschermen en de vrede te bewaren totdat de Geallieerden arriveerden.
Ondertussen werden voorraden vanuit de lucht gedropt door de Royal Air Force. Het 321 Squadron dat een Nederlands squadron was en met B-24 Liberators en Catalina's vloog. Had toestemming gekregen om grote Nederlandse vlaggen op de zijkant van hun vliegtuigen te schilderen. Om de geïnterneerden hoop te geven op de spoedige bevrijding.
Dit bracht een gespannen situatie met zich mee. Veel Japanners steunden de Indonesische onafhankelijkheidswens. Daarom steunden ze de Gyugun met wapens en munitie. Veel Japanners verlieten hun post en gingen in wat zij zelfinternering noemden. Terwijl ze wachtten op hun terugkeer naar Japan.53
Pas op 2 september 1945, toen majoor Gideon Francois Jacobs54 van de Britse Royal Marines met een team parachuteerde op Sumatra bij Medan, kregen de geallieerden een echt beeld van de situatie op Sumatra. Dat de geallieerden een echt beeld begonnen te krijgen van de situatie op Sumatra.
Dit werd gevolgd door meer teams waaronder één geleid door 2e Lieutenant Raymond Westerling55 op 14 september 1945. Zijn taak was het vormen en trainen van een nieuw politiekorps. Maar het duurt nog tot 11 oktober 1945 voordat de eerste Brits/Indiase troepen in Medan arriveren in de vorm van 6 South West Borderes.
Onder dit alles meldden Asgerda en Niels zich vrijwillig aan om voor de RAPWI56 organisatie te werken. Hoewel de inlanders dreigden degenen die dat deden te vermoorden. Ontvoeringen en moorden waren inmiddels aan de orde van de dag. Dit maakte het leven buiten Medan erg gevaarlijk voor mensen die de Nederlanders (of de Geallieerden) steunden, Chinezen maar ook families van voormalige leden van het koloniale leger.
Het is niet bekend hoe Asgerda en Niels precies zijn vermoord. Een artikel in "The Straits Chronicle"57 op 29 december 1945 geeft het volgende verhaal:
"... Een van de oudste inwoners van Medan, Niels Thiele, een Zweedse architect, werd op zondag 16 november samen met zijn vrouw vermoord. Hij woonde in zijn eigen huis, dat buiten het beschermde gebied lag. Zijn dochter was onlangs getrouwd met een Britse officier van de paratroepen,58 die één van de eersten was die in dit gebied landde. In sommige kringen wordt verondersteld dat dit huwelijk de aanleiding was voor de actie van de extremist."
Een andere Deen, Bernhard Wøller, had meer geluk. Bernhard was voor de oorlog administrateur geweest op het landgoed S.F. Djati-barang.59 Het landgoed lag in het regentschap Pekalongan op Midden-Java. Hoewel de geïnterneerden net als in Medan te horen hadden gekregen dat ze in de kampen moesten blijven. Velen hadden de veiligheid verlaten en keerden terug naar hun vroegere huizen.
In oktober 1945 vond er een bloedbad plaats onder degenen die waren teruggekeerd, waarbij ten minste 17 mannen60 van Bernhard's landgoed tot de slachtoffers behoorden. De reden dat Bernhard niet onder hen was, was dat hij 3 dagen eerder naar Batavia was gegaan om de Deense consul te ontmoeten.61
53 Lees voor een Japanse versie over deze periode "Een Japanse herinnering aan Sumatra, 1945-1946: Liefde en haat in de bevrijdingsoorlog" van Takao Fusayama. Fusayama was tijdens de oorlog officier in het Japanse leger dat het noorden van Sumatra bezette.
54 Majoor Jacobs schreef "Prelude to the Monsoon" na de oorlog.
55 Westerling voerde later het bevel over het Depot Speciale Troepen, een eenheid waarmee hij later werd beschuldigd van het plegen van oorlogsmisdaden op Zuid-Celebes (tegenwoordig Sulawesi).
56 RAPWI betekent Recovery of Allied Prisoner of War and Internees (Herstel van geallieerde krijgsgevangenen en geïnterneerden).
57 The Straits Chronicle, 29th december 1945
58 Het boek "De danskes vej bind 3" vermeldt zijn namen als Captain Brown.
59 Tijdens de oorlog werd hij verdreven door de Indonesiërs.
60 De 17 komen van mijn gegevens van de homepage van de Oorlogsgravenstichting.
Nordby Gasværk op Fanø een van de eerste projecten waar Niels als ingenieur aan meewerkte
Bron: HistoriskAtlas.dk)
Er kan geen twijfel over bestaan dat Niels een goede reputatie had op Sumatra.
Een bewijs hiervoor is dat op 30 december 1945 een voormalige werknemer een advertentie in de krant had geplaatst waarin hij zijn diensten aanbood.62
Nog in december 1950 gebruikte een van Niels werknemers zijn naam om werk te zoeken.
62 "Het nieuwsblad voor Sumatra". Medan, 30-12-1950, p. 3.
Hof- en staatskalender 1909 De Danske in Siam 1858-1942
Gids voor de Oostkust van Sumatra (Deli) Handelsdagboek 1931 van Saw
Medan Beeld van een Stad
Opdracht Sumatra: Het Korps Insulinde www.navalhistory.dk
COPYRIGHT
Deze website is het geestelijk eigendom van
de Stichting Nederlands-Indië.
De inhoud van deze website mag niet gereproduceerd of gekopieerd worden, zonder de schriftelijke toestemming van de Stichting Nederlands-Indië.
Copyright © All rights reserved Stichting Nederlands-Indië
&
De Indische Verhalentafel